Naast ambitieuze CO2-reductiedoelstellingen zet NIVEA zich in om een stap verder te gaan door de resterende onvermijdbare uitstoot te compenseren via klimaatprojecten. Ons leidende principe is om te blijven meten, verminderen en compenseren.
Om milieuvriendelijke verzorgingsproducten te ontwikkelen, meten we de CO2-voetafdruk van onze producten door levenscyclusanalyses uit te voeren in samenwerking met externe experts en in overeenstemming met erkende wetenschappelijke normen. Op basis van die kennis kiezen we ingrediënten en verpakkingsmateriaal die bijdragen aan het verlagen van onze CO2-uitstoot. Toch is het niet mogelijk om de CO2-uitstoot van een product tot nul te reduceren, want er is altijd sprake van uitstoot waaraan niet aan te ontkomen is.
NIVEA compenseert de resterende CO2-uitstoot door middel van klimaatprojecten. Een voorbeeld van deze projecten zijn de bebossingsinspanningen die helpen de klimaatverandering te beperken. Bomen absorberen CO2 uit de atmosfeer door middel van fotosynthese, en de koolstof wordt opgeslagen in biomassa, zoals boomstammen, wortels, bladeren en bodem.
We kiezen uitsluitend voor klimaatprojecten die zijn gecertificeerd en regelmatig worden gecontroleerd op basis van externe internationale normen, zoals de Verified Carbon Standard (VCS) of de Gold Standard. Dit zorgt ervoor dat onze impact op het klimaat reëel, meetbaar en permanent is en worden gecontroleerd door derden.
Het resultaat van deze aanpak is dat we een evenwicht kunnen bereiken tussen de CO2-uitstoot en de CO2 die wordt opgenomen door de natuur. Elke keer dat NIVEA deze aanpak volgt, praten we over compensatie van de CO2-uitstoot in plaats van ‘neutraliteit of neutraal voor het klimaat’ om het feit te benadrukken dat onze producten niet geheel klimaatneutraal zijn bij het verlaten van onze productiecentra. Eigenlijk is de compensatie van de CO2-uitstoot het gevolg van een actie die verder gaat dan onze productie om bij te dragen aan de strijd tegen klimaatverandering.